Ga meteen naar de inhoud

toegevoegd aan favorieten

verwijderd uit favorieten

Helaas is er een probleem opgetreden. Probeer het opnieuw.

Uw account wordt aangemaakt

Je account is succesvol aangemaakt en je bent nu ingelogd

U bent succesvol ingelogd!

Uw account is succesvol aangemaakt, maar we konden u niet automatisch aanmelden

U bent uitgelogd

Groentje

De boeren van Zuid-Tirol zijn op zoek naar nieuwe werkwijzen in de landbouw. Harald Gasser teelt oude groentesoorten. Wist je bijvoorbeeld dat er paarse wortelen bestaan?

Op het eerste gezicht zou je het niet zeggen, maar Harald Gasser vindt het heerlijk om de handen uit de mouwen te steken. Vroeger was hij maatschappelijk werker, nu experimenteert hij met oude en zeldzame groentesoorten die bijna niemand kent. Niet eens van naam. Of ben jij de uitzondering?

Ooit stond Harald Gasser te huilen op zijn veld. Gewoonweg niemand wou zijn wortelen hebben. "Tractoren vol heb ik ervan naar de composthoop gevoerd", zegt Gasser. In het dorp noemden ze hem de "donkergroene halvegare".

En kijk, vandaag zou hij meer moeten produceren dan hij wil. Harald Gasser is groenteteler en heeft zich gespecialiseerd in het kweken van oude variëteiten. Zijn boerderij, Aspingerhof, ligt in in Barbian/Barbiano boven Klausen/Chiusa . Om ze te bereiken moet je eerst steil bergop rijden en dan bergaf. Je zou denken dat je verkeerd bent gereden. Als Harald Gasser op zijn veld werkt, kijkt hij uit op het indrukwekkende kasteel Trostburg aan de overkant van de vallei. Diep beneden hem fonkelen de kleurrijke lichtjes van de snelweg door het dal Eisacktal.

Boer zijn moet weer leuk zijn

Hij doet alles met de hand. "Hier komt geen machine aan te pas", zegt hij lachend. Samen met zijn levenspartner Petra heeft hij vorig jaar 14.000 uien verspeend, 400 per uur. "Dat doe ik 's nachts. Overdag heb ik andere dingen te doen." 's Nachts kan hij de zeldzame doodshoofdvlinders observeren. En mosterdkool oogst hij altijd voor zonsopgang. Alleen dan is die slasoort vers.

Harald Gasser is een van Zuid-Tirols "nieuwe" boeren. Voor dag en dauw overvolle koeienuiers melken, de melkbussen aan de weg zetten waar ze door de melkwagen worden opgehaald, overdag gaan werken bij de skilift of in een fabriek, en 's avonds opnieuw de stal in: de nakomelingen van de doorgewinterde Zuid-Tiroolse staan er niet om te springen. Boer zijn moet weer leuk zijn. Daar zijn ideeën, energie en concepten voor nodig die aanslaan.

Chinese artisjok, aardamandel, klaverzuring...

De Zuid-Tiroolse boerenbond is blij met de frisse wind die door de landbouwsector waait en ondersteunt de ontwikkeling. "Wij hebben intelligente, vindingrijke boeren," zegt Ulrich Höllrigl, vicedirecteur van de Zuid-Tiroolse boerenbond, tevreden. De boerenbond maakt de bergboeren al jaren warm om meer bijverdiensten uit hun boerderij te halen. Vooral het model van vakantie op de boerderij is veelbelovend. Daarnaast kunnen boeren ook hun eigen producten op hun boerderij verwerken of experimenteren met niet-alledaagse variëteiten groente, kruiden, bessen en sinds kort ook granen. Vorig jaar heeft de boerenbond een innovatieloket opgericht waar de boeren advies kunnen vragen. In samenwerking met de Zuid-Tiroolse onderzoeksinstituten Laimburg en TIS worden nieuwe teeltmogelijkheden en bedrijfsactiviteiten bestudeerd.

Eerste pogingen in de kunstmatige tuin

Bij Harald Gasser ontkiemden de eerste ideeën twaalf jaar geleden. Hij bestelde zaden van 180 oude groentesoorten bij Arche Noah, de Oostenrijkse vereniging voor het behoud en de ontwikkeling  van de gewasdiversiteit. Van zijn moeder bedelde hij een stuk land af. Op 15 vierkante meter grond legde hij een tuintje aan. "Een kunstmatige tuin in spiraalvorm, zonder bordjes", zegt hij lachend. Chinese artisjok, aardamandel, klaverzuring: hij had er geen idee van wat er allemaal uit de grond kwam. Harald Gasser: "Het meeste heb ik weer ondergespit of aan de varkens gegeven." Van vele soorten wist hij niet eens hoe de vruchten eruitzagen. Er verschenen piepkleine "knopjes". Hij wijst met zijn duim naar de nagel van zijn wijsvinger. "Ik moest nog veel leren."

Zeven jaar geduld

Zijn ouders geven hem raad vanuit hun ervaring. "Je moet sproeien", zegt zijn vader. "Je moet gieten", zegt zijn moeder. Harald doet geen van beide. Hij wil zelf ontdekken welke de beste methode is. Hij is  ervan overtuigd dat als je jonge planten weinig water geeft, ze diepere wortels vormen om waardevolle mineralen uit de grond te halen. Hij vindt ook dat onbespoten groente beter smaakt omdat er geen bittere chemische stoffen in zitten. Tegenwoordig heeft Harald Gasser 3.000 vierkante meter land waarop hij 400 veelal vergeten groentesoorten teelt. "Bij sommige variëteiten heeft het zeven jaar geduurd voordat ik ze voor de eerste keer kon oogsten."

Hij wil in de eerste plaats experimenteren. Wie uiteindelijk de groente koopt, vond Gasser in het begin niet zo belangrijk.

Maar Ulrich Höllrigl van de boerenbond benadrukt: boeren moeten tegenwoordig ook aan marketing doen. Dat is bij velen een teer punt. Boeren zijn geen geboren ondernemers. "Gelukkig hebben we in Zuid-Tirol een goed coöperatief stelsel", zegt Höllrigl. Het heeft toch geen zin dat elke boer met twee kolen heel Zuid-Tirol rondtoert. Toch proberen steeds meer boeren hun klanten persoonlijk te ontmoeten. Ze bieden hun seizoensproducten aan op boerenmarkten of verkopen ze rechtstreeks op de boerderij. Höllrigl: "De boeren investeren veel moeite en tijd om hun producten zelf te verkopen op de markt of in hun boerderijwinkel, maar ze zijn tevreden met het resultaat." De boeren raken daarmee een zwakke plek bij de mensen. Ze kopen graag lokale producten. Op voorwaarde dat ze betaalbaar zijn en er aantrekkelijk uitzien.

Sterrenkoks hebben geen koeien

De groente van Harald Gasser heeft schoonheidsfoutjes en is duur. Maar zijn afnemers zijn niemand minder dan de sterrenchefs van Zuid-Tirol en ver daarbuiten. Ook zij zijn altijd op zoek zijn naar seizoensgebonden, regionale en niet-alledaagse producten. Herbert Hintner van Restaurant zur Rose in Eppan/Appiano, met wie Gasser nauw contact onderhoudt, gaf jaren geleden de aanzet. Intussen is het als een lopend vuurtje rondgegaan en kennen alle topchefs zijn groente. Ze vertellen hem precies hoe ze hun groente willen hebben. Elke kok heeft zijn voorkeuren. Boerderij Aspingerhof speelt daarop in.

"Denk je dat ik een koe heb?", vroeg Anna Matscher hem ooit lachend aan de telefoon. Ze is de sterrenchef van restaurant Zum Löwen in Tisens/Tesimo. De slabladeren die Gasser haar had gestuurd waren veel te groot. De koks vergeven hem maar al te graag dat zijn groente er niet perfect uitziet. Arturo Spicocchi, tot voor kort chef-kok van restaurant La Stüa de Michil  in hotel La Perla in Corvara, stak in het begin de draak met het uitzicht van Gassers groente. Maar nu geeft hij toe: "Die aangevreten wortelen waren de lekkerste die ik ooit heb gegeten." Particuliere klanten daarentegen vinden vaak dat de groente er niet mooi genoeg uitziet. Harald Gasser weet dat uit ervaring. Vaak kopen ze hun groente toch liever in de supermarkt.

Producten zoals die van Harald Gasser zul je nooit in de supermarkt vinden. De boeren van Zuid-Tirol leveren geen massaproductie. De boerderijen zijn klein en de meeste boeren bewerken velden die niet groter zijn dan twee tot vijf voetbalvelden. "Onze boeren moeten op het hoge prijssegment mikken. Maar dat betekent ook dat hun producten de hoogste normen moeten halen. En wel constant", zegt Ulrich Höllrigl van de boerenbond. Maar weinigen onder de 20.000 Zuid-Tiroolse boeren kunnen op lange termijn aan die voorwaarde voldoen. Daar is Ulrich Höllrigl zich van bewust. "Ook in de toekomst zullen de melkveehouderij, de fruitteelt en de wijnbouw de steunpilaren van de Zuid-Tiroolse landbouw zijn."

Planten ruziën net als mensen

Het zijn vooral de kleine bergboeren die op zoek zijn naar nieuwe teelt- en afzetmogelijkheden. En de jonge boeren. Een boerderij brengt niet meer genoeg op om meerdere generaties te voeden. Vele boerenzonen en -dochters leren een ander vak of gaan studeren. Als ze dan later als erfgenaam terugkeren naar de boerderij, willen ze de zaken anders aanpakken. Höllrigl: "Ze denken na hoe ze als boer een fatsoenlijke levensstandaard kunnen bereiken."

Anders zijn. Harald Gasser heeft er zijn levensfilosofie van gemaakt. Hij was lang maatschappelijk werker in een school. Het laatste waar hij aan dacht, was boer worden. Nu doet hij het allebei: hij teelt planten die anders mogen zijn. De moestuin van boerderij Aspingerhof ziet eruit als een veld vol onkruid. Gasser is een voorstander van mengteelt. Hij heeft er lang mee geëxperimenteerd welke planten goed gedijen naast elkaar. "Planten ruziën net als mensen", zegt hij. Hij klinkt berustend. Vroeger was dat anders.

Ooit, toen het slecht ging met de Aspingerhof en Harald Gasser zijn groente niet verkocht kreeg, bestelde Herbert Hintner bij hem in één keer 150 kilo tomaten en een heleboel andere groente. "Wat heb je met al die tomaten gedaan?", vroeg Harald Gasser hem op een dag. "Weggegooid", antwoordde de kok. "Anders had jij het opgegeven." Harald Gasser laat zijn aanstekelijke lach horen. Ja, dat is zo. Vast en zeker.

Tekst: Gabriele Crepaz
Foto's: Alex Filz
Video: Andreas Pichler
Publicatiejaar: 2014 - Was uns bewegt (Wat ons beweegt)

Accommodation image
Finish your booking for
Accommodation name
0  room rooms Not selected Zonder bord Ontbijt Halfpension Vol pension Alles inclusief
Total price: 0 €
(incl. VAT / excl. local tourism tax)